Alexander Calder in het Rijksmuseum park

Monumentale werken van de Amerikaan Alexander Calder domineren deze zomer de tuinen van het Rijksmuseum. In het tweede jaar op rij organiseert het museum een tentoonstelling over een belangrijke beeldhouwer van de 20ste eeuw. In 2014 staat het park vol met standing mobiles en stabiles van een van de meest spraakmakende vertegenwoordigers van moderne beeldhouwkunst.

Alexander Calder (1898-1976) is bekend voor de unieke draai die hij – vaak letterlijk – aan zijn werken gaf. Op speelse manier maakte hij staande en bewegende sculpturen. Hij begon zijn loopbaan met een opleiding tot ingenieur in de werktuigbouw – en leerde hier ongetwijfeld vaardigheden, die later van pas zouden komen. Hij was als autodidact begonnen maar volgde vanaf 1926 een opleiding aan de Académie de la Grande Chaumière in Parijs.

Betovering in staal 

Aanvankelijk waren Calders beelden van relatief klein formaat. Een bezoek aan het atelier van Piet Mondriaan werd een sleutelmoment. Calder legde zich nu meer toe op abstracte moderne beelden. Dynamiek werd een cruciaal thema voor hem. Hij vervaardigde sierlijke mobiles, bewegende werken, die pas onder invloed van wind en beweging van de lucht hun volledige werking bereiken. Want dan bewegen de mobiles zelf ook. Een belevenis, dat aan een ballet van kunstwerken doet denken. Calder werd hiermee een van de prominentste vertegenwoordigers van kinetische sculptuur.

Later werden zijn sculpturen groter en monumentaler, die stabiles ontstonden. Op deze periode richt zich de tentoonstelling in de tuinen van het Rijksmuseum, waar werk uit de jaren 1950 tot 1976 te zien is. Maar of een sculptuur van Calder nu beweegt of staat, altijd vindt er een boeiend spel met de ruimte plaats.

Alexander Calder stond in contact met toonaangevende avant-gardistische kunstenaars zoals Piet Mondriaan, Marcel Duchamp en Hans Arp. Hij was bevriend met Joan Miró en regelmatig zijn dwarsverbanden tussen het oeuvre van beide kunstenaars te ontdekken. De rondom het Rijksmuseum getoonde 14 werken zijn afkomstig van verschillende bruikleengevers en worden aangevuld met vier beelden, die binnen in het museum te zien zijn, waarvan drie in het atrium en één in de bibliotheek.

De expositie werd samengesteld door de voormalige directeur van het Centre Pompidou in Parijs, Alfred Pacquement, en is te zien van 21 juni t/m 5 oktober 2014.

 Het park is gratis toegankelijk, dagelijks van 9 tot 18 uur.

Tweet