In 2017 viert Nederland 100 jaar De Stijl, want in 1917 verscheen de eerste uitgave van het tijdschrift De Stijl – een serie publicaties waaromheen een hele reeks kunstenaars en architecten actief waren. De artistieke stroming die hieruit voortkwam, werd vervolgens naar het tijdschrift genoemd. De drie grote namen uit hun midden zijn Piet Mondriaan, Theo van Doesburg en meubelmaker en architect Gerrit Rietveld. Het Centraal Museum in Utrecht eert de Utrechter Rietveld daarom dit jaar met een mooie tentoonstelling, te zien van 4 maart 2017 tot en met 11 juni 2017. Want Utrecht is niet alleen de plaats waar Rietveld woonde en werkzaam was. Hier staat ook zijn meesterwerk, het wereldberoemde Rietveld Schröderhuis, een icoon van het Nieuwe Bouwen en De Stijl en sinds 2000 opgenomen op de UNESCO Werelderfgoedlijst.
Van meubelmaker tot ontwerper
Gerrit Rietveld begon zijn loopbaan als ontwerper van meubels. Het beroep van architect heeft hij zich aansluitend in zelfstudie eigen gemaakt. In de tentoonstelling is te zien met welke uiteenlopende ontwerpen Gerrit Rietveld zich bezig hield. Toen hij nog in de werkplaats van zijn vader werkte, maakte hij bijvoorbeeld in 1905 nieuwe meubels voor het poortgebouw van het van oorsprong middeleeuwse Slot Zuylen aan de Vecht. Later verzorgde hij de vernieuwing van twee winkels aan het Oudkerkhof in Utrecht.
In 1917 opende hij zijn eigen werkplaats. Rietveld durfde steeds meer te experimenteren. Verschillende ontwerpen voor stoelen van zijn hand zijn vandaag beroemd, met name de rood-blauwe Rietveld-stoel, maar ook de Berlijnse stoel en de zigzagstoel genieten alom bekendheid. Een door Rietveld vervaardigde speelgoed kruiwagen en zijn bolderkar zijn ook in de tentoonstelling in het Centraal Museum te zien en geven, samen met documenten en foto's, een aardig kijkje in zijn privéleven.