.JPG "Museumplein Amsterdam met Van Gogh Museum en Stedelijk Museum")
In de winter 2017-2018 is het werk van de schilders Govert Flinck en Ferdinand Bol onderwerp van tentoonstellingen in verschillende musea in Amsterdam. Beide kunstenaars waren aan het begin van hun loopbaan leerling van Rembrandt van Rijn maar groeiden uit tot buitengewoon vaardige zelfstandige schilders die vervolgens zelfs succesvoller werden dan hun meester. Vaak krijgen zij de stempel "leerling van Rembrandt" mee, wat hun oeuvre geen recht aan doet. Reden voor het Museum Rembrandthuis en het Amsterdam Museum om Govert Flinck (1615-1660) uit Kleef en Ferdinand Bol (1616-1680) uit Dordrecht eens in de spotlights te zetten.
De expositie in het Museum Rembrandthuis richt zich op het begin van hun werk, een periode waarin Govert Flinck en Ferdinand Bol behoorlijk onder de invloed van hun leermeester Rembrandt stonden. Twee schilderijen van Flinck met het onderwerp "Isaac zegent Jacob" maken bijvoorbeeld mooi aanschouwelijk hoe zijn stijl veranderde na de overgang van zijn eerste leermeester Lambert Jacobsz. naar Rembrandt als de tweede. Naast schilderijen uit de 1640er jaren van Bol en Flinck zien we in het Museum Rembrandthuis prachtige tekeningen, alsook etsen van Ferdinand Bol, die zich als een van de weinige leerlingen van Rembrandt ook diens vaardigheden in de etskunst eigen maakte.
In het Amsterdam Museum is te zien hoe Govert Flinck en Ferdinand Bol in hun rijpere periode de stijl van Rembrandt loslaten en zich een gladdere, meer classicistische manier van schilderen toe-eigenen, een stijl die toen vaak modieuzer geacht werd dan Rembrandts meer pasteuze manier van schilderen. Onder de meesterwerken hier zijn prachtige portretten te vinden zoals het achtjarige jongetje met de ferme blijk dat onlangs als Frederik Sluisken geïdentificeerd werd. Margaretha Tulp, dochter van de befaamde chirurg Nicolas Tulp en echtgenote van de niet minder beroemde Amsterdammer Jan Six, is zelfs twee keer vertegenwoordigd. Govert Flinck portretteerde haar in 1656 en opnieuw in 1658. Daarnaast vinden we groepsportretten, portretten van echtparen en het beeltenis van de nationale held Michiel de Ruyter.
Ook sympathiek: In een kamer achter de regentenzaal van het voormalige Burgerweeshuis waarin het Amsterdam Museum is gevestigd, hangt maar een enkel werk van Bol, met een gezellige bank ervoor en de oproep hier in alle rust eens uitvoerig naar één schilderij en al zijn details te kijken. Hier wordt een lans voor Slow Art gebroken.
Naast het Museum Rembrandthuis en het Amsterdam Museum sluiten ook het Museum Van Loon en het Koninklijk Paleis in Amsterdam bij het onderwerp aan. Museum Van Loon is gevestigd in een prachtig gebouw aan de Keizersgracht 672 en Ferdinand Bol was hier de eerste bewoner. De tentoonstelling in het koetshuis van Museum Van Loon (tot 8 januari 2018) richt zich op de kunstverzameling van Bol.
Beide schilders, Bol en Flinck, ontvingen ook prestigieuze opdrachten voor de decoratie van het nieuwe Amsterdamse stadhuis, het huidige Koninklijke Paleis op de Dam, met name voor vier belangrijke schoorsteenstukken die er nog steeds te zien zijn – opdrachten waaraan overigens ook in het Amsterdams Museum aandacht wordt besteed. Het Koninklijk Paleis organiseert Gallery Talks rondom het werk van beide kunstenaars in het voormalige Stadhuis van Amsterdam.
De tentoonstellingen in het Rembrandthuis en het Amsterdam Museum zijn te zien 13 oktober 2017 – 18 februari 2018. Wie niet genoeg van beiden kan krijgen: Ook de Hermitage Amsterdam toont werk van Bol en Flinck, dit in het kader van de spraakmakende expositie van Hollandse Meesters uit de Hermitage in Sint Petersburg.
